Schadebeperking vraagt andere instelling
Geplaatst 13 oktober 2021
Voor sommige transportbedrijven is de kostenpost voor schades torenhoog. Vaak wordt het soort werk dat men doet aangedragen als excuus. Voor verzekeringskantoor ABW is dat geen geldig argument: “Accepteer geen schades in welk werk dan ook”. Een code 95-training kan helpen die ‘mindset’ te veranderen. Transport & Logistiek volgde een training om het te ervaren.
Marius van der Valk is als senior preventieadviseur bij ABW verantwoordelijk voor de preventie en trainingen. Hij heeft deze training (mede)ontwikkeld en is een van de docenten. Met ruime ervaring in het transport kent Van der Valk de transportwereld van binnen en van buiten. En zo kent hij ook heel veel genoemde oorzaken van schades: “Als ik bij een van onze klanten kom om over hun schadegeschiedenis te praten, dan krijg ik vaak te horen: ‘Wij rijden in de winkeldistributie, en daar maak je nu eenmaal veel schades’. Maar voor die winkeldistributie kun je iedere andere activiteit invullen. Overal worden namelijk schades gereden. Het ligt niet aan de sector, het ligt aan de instelling van een chauffeur en van zijn bedrijf. Om het schadeverloop omlaag te krijgen is het van belang dat je als bedrijf schades niet als gewoon beschouwt, en niet meer accepteert. Dat vraagt een andere instelling, een andere mindset, maar die kun je aanleren.” En dat doet Van der Valk met overtuiging tijdens de code 95-training Schadepreventie.
Aandacht
Een heerlijk zomerse zaterdag eind juni en een vergaderzaal in een hotel in Elsendorp Noord-Limburg. In het begin van de dag is het voor de bijna twintig deelnemende chauffeurs van transportbedrijf J.C.S. van Orselen wel even slikken. Binnen zitten en meedoen aan deze cursus lijkt eerst niet erg aantrekkelijk. Toch heeft Van der Valk al vrij snel de aandacht te pakken als hij laat zien hoe belangrijk de schade-uitgaven voor hun werkgever zijn. Iedere niet-verhaalbare schade kost het bedrijf een eigen risico van € 1.000 en over een heel jaar levert de vloot van 65 voertuigen aardig wat meldingen op. Met een eenvoudige rekensom laat Van der Valk zien dat om het eigen risico terug te verdienen een paar chauffeurs feitelijk het hele jaar alleen maar rijden om deze kostenpost af te dekken.
Dat moet beter kunnen, benadrukt de preventieadviseur. “Accepteer geen schades”, herhaalt hij en hij zal dat in de loop van de dag nog diverse keren doen. “Als je bezig bent met rijden, zorg dan dat je je aandacht erbij houdt. Een groot deel van de schades ontstaat in de eerste en de laatste tien minuten van de rit”, weet hij uit onderzoek. Na het vertrek moeten in de cabine nog snel wat dingen beter worden ingesteld, een plekje krijgen. Bij nadering van de bestemming verslapt de aandacht voor het verkeer door het zoeken naar de juiste locatie. Gemiddeld ontstaat ongeveer 30 procent van de schades in het verkeer en 40 procent bij het manoeuvreren in het zeecontainervervoer, waarin Van Orselen actief is. Vanzelfsprekend komt ook de invloed van de mobiele telefoon achter het stuur aan bod.
Verhaalbare schades
Een deel van de ochtend besteedt Van der Valk aan het voorkomen van schades. Sommige oplossingen lijken voor de hand te liggen. Gaat bij een transportbedrijf met montagewerk een monteur mee als bijrijder? Vraag hem mee te kijken bij lastige manoeuvres. Een bijrijder is namelijk meer dan een meerijder. Uiteraard ligt de schuld van een aanrijding ook regelmatig bij de tegenpartij en is sprake van een verhaalbare schade. Daarvoor is het nodig dat de gegevens van de tegenpartij duidelijk genoteerd zijn. En daar schort het nogal eens aan. ABW ontvangt regelmatig schadeaangifteformulieren (SAF) die meer vragen oproepen dan informatie geven. Als Van der Valk hiervan voorbeelden toont, leidt dat eerst tot hilariteit in de zaal. Vervolgens benadrukt hij dat zulke formulieren vaak betekenen dat een tegenpartij niet te achterhalen is of dat de toedracht van een ongeval onduidelijk blijft. Met als gevolg dat een schade niet kan worden verhaald. En dat betekent dat het eigen risico moet worden betaald én dat de verzekeraar kritisch naar het bedrijf zal kijken.
Als advies krijgen de chauffeurs mee: “Gebruik je smartphone. Maak foto’s van een rijbewijs, van een voertuig, zijn kentekenplaat, de andere bestuurder en van de situatie.” Van der Valk adviseert bedrijven om meer aandacht te besteden aan het inleveren van een schadeformulier. “Niet in een mapje op de balie neergooien met de opmerking dat er een schade is gereden. Ga zitten met de chauffeur en neem samen het SAF door. Verduidelijk eventueel zaken voordat je het formulier doorstuurt naar de verzekering. Daarmee win je tijd en als je te lang wacht, weet de chauffeur dingen vaak niet meer.”

Alcohol
Een ander soort schade ontstaat door ladingdiefstal. Ook hier is ‘aandacht’ de eerste mogelijkheid om schades te voorkomen. Let op waar je parkeert, is het eerste advies. Maak gebruik van bewaakte parkeerplaatsen als dat mogelijk is. Het onderwerp maakt in de cursusgroep een hoop verhalen los, waaruit blijkt chauffeurs hiermee best bezig zijn. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor het onderwerp ‘alcohol en rijden’. Voor de meeste chauffeurs in de training is het overduidelijk: “Rijden is niet drinken.” Maar niet iedereen kende het verschijnsel ‘restalcohol’. Alcohol heeft aardig wat tijd nodig om helemaal uit het bloed te verdwijnen. Wie de ene avond flink heeft gedronken, heeft daarvan de volgende ochtend nog sporen in zijn bloed. Dan moet je niet bij een ongeval betrokken raken.
Rijgedrag
Om een beeld te krijgen van het rijgedrag van een chauffeur kan een bedrijf zijn voertuigen koppelen aan een systeem dat het rijgedrag registreert en analyseert. ABW werkt samen met Nextdriver, een oplossing die de informatie wekelijks door middel van een app met de chauffeur deelt. Een chauffeur die regelmatig sprint en abrupt remt, blijkt vaker dan gemiddeld schades te rijden. Daar kan dus op worden gestuurd en dat blijkt in de praktijk heel snel zijn vruchten af te werpen, met een schadereductie tot 70 procent. Hierbij is een besparing op brandstof en CO2 een mooie bijvangst.
Preventie
Uit een dag meelopen met een training blijkt dat schadepreventie meer is dan een training voor chauffeurs. Het is een veelomvattend programma waarbij ook wagenparkbeheerders, planners en de directie zijn betrokken. Zoals de chauffeurs benoemden is de bewustwording bij collega’s op andere afdelingen vaak sterk van invloed op hun functioneren, waarbij met name naar de werkdruk wordt gewezen, maar ook naar regelgeving. De conclusie na een dag training kan dan ook alleen maar zijn dat schadepreventie bedrijfsbreed opgepakt moet worden, om er samen een succes van te kunnen maken.
gepubliceerd in Transport & Logistiek nummer 9, september 2021.